In samenwerking met It Damshus hebben we een wandelroute samengesteld, langs de hoogtepunten van het revolutionaire karakter van Nij Beets. Op verschillende plekken in de stad staan er gele schoenen opgesteld. Daarbij vind je een QR-code. Scan de code en duik in het leven rond de tijd van Thijs en Evert Rinsema!

1. Openluchtmuseum ‘it Damshûs’

In It Damshûs ervaren bezoekers op een levendige en actieve manier hoe laagveenturf werd gemaakt, en hoe veenarbeiders leefden en werkten in de periode van 1863 tot ongeveer 1920. De erbarmelijke werk-, woon-, en leefomstandigheden van de veenarbeiders vormden de voedingsbodem voor een felle sociale strijd. Dit wordt in beeld gebracht in een prachtige film en een permanente tentoonstelling over Domela Nieuwenhuis, Troelstra en het (Vrije) Socialisme. Daarnaast wordt een indruk gegeven van de verandering van het landschap door de turfwinning. Zo krijgt de bezoeker een totaal beeld van de sociaaleconomische, politieke en landschappelijke geschiedenis van de laagveenderij in Zuidoost Friesland. Hierin speelde Nij Beets een prominente rol.
Bekijk ook de expositie van Dada-kunstenaar Erik de Boer in het kerkje en zijn ‘barricade’

2. De Appèlmeester

IIn 1865, nog maar twee jaar nadat de eerste bewoners in het Nieuwe Beets waren neergestreken, vonden de eerste stakingen plaats. Dit ‘Boljeijen’ werd een begrip. In 1880 was het toch al karige loon in vijftien jaar tijd met twintig procent gedaald. Tussen 1870 en 1890 vonden elf stakingen plaats rond Nij Beets. De rode vlag van het opkomende socialisme kreeg steeds meer betekenis. Ook het verzet tegen de gedwongen winkelnering, het verplicht moeten kopen van je levensmiddelen bij de eigen veenbaas, groeide. Door onder andere een grote staking van veenarbeiders in Nij Beets kwam uiteindelijk een einde aan deze misstand. Toen Appèlmeester (stakingsleider) Hendrik Beenen tijdens het Boljeijen in 1896 het volk bevlogen had toegesproken, reageerde Annigje Tromp uit Nij Beets geestdriftig: ‘Leaver gêrs frette as opjaen’. (Liever gras vreten dan opgeven.)

3. Het ‘Houten Himeltsje’

Omdat de veenarbeiders niet naar zijn Adelskerk in Beets kwamen, werd Dominee Guillaume Anne Van der Bruggen landelijk bekend met zijn ‘snertpreken’. Deze hield hij in het Houten Himeltsje (het Houten Hemeltje), een noodkerkje waarvan een replica te zien is op het terrein van het openluchtmuseum in het dorp. Na afloop van de dienst kregen de bezoekers een kom snert. Het kerkje raakte daardoor toch in trek bij de veenarbeiders, die normaal niet zoveel van de kerk moesten hebben. Het kerkje stond ter hoogte van huisnummer 63 aan de Prikkeweg. Deze straat ontleent haar naam aan de prikken, de takken die op de drassige hoofdweg door het veen werden gelegd.

4. It vroegere Damshûske

De armste turfgravers woonden in houten huisjes of soms op een kapotte turfbok die in een droge sloot was getrokken. Daar bouwde men dan een onderkomen op. Maar er verschenen gaandeweg ook stenen huisjes. Op de plek waar nu het pand van Mulder ‘Haarden en Kachels’ staat, stond vroeger het Damshuisje. Genoemd naar de laatste eigenaar, de heer Dam. De laatste bewoners waren de familie Hoen. Het Damshuisje, de laatste originele turfmakerswoning, is in 1958 steen voor steen afgebroken en herbouwd op de huidige locatie bij het openluchtmuseum ‘It Damshûs’. Daarmee werd de basis gelegd voor het huidige museum, dat in 1963 officieel werd opgericht.

Beeld kunstenaar Archipenko (foto: archief museum Dr8888)

5. De grootste en meest langdurige veenstaking van 1890

“De rust In de veenderijen is in hoge mate verstoord. De tegenwoordigheid van de militaire macht is daarbij noodzakelijk”, schreef de politie toen in 1890 aanhoudend appèlbijeenkomsten waren. Koortsachtig overlegden de veenbazen, want uit een steeds grotere regio kwamen veenarbeiders toegestroomd En toen, op maandag 21 april 1890, riep het arbeidersvolk opgewonden: ‘Ús ferlosser komt!’ Massaal trok het arbeidersvolk naar de appèlplaats bij het café van Evert Dam. (nu café de Brêge), waar kamerlid Domela Nieuwenhuis, samen met zijn zoon en Tjeerd Stienstra, al om 12 uur arriveerde. De infanterie en de marechaussee bewaakten de orde. 2000 tot 2500 stakers waren samengestroomd(!) Later trok men gezamenlijk naar café de Wit, nu Medisch Centrum de Hoek. Aan de muur van de herberg hing een tekst: ‘LEVE DOMELA NIEUWENHUIS, RECHT EN BROOD VOOR ALLEN’ Toen Domela beloofde 100 gulden in de weerstandskas te storten, stonden velen met tranen in de ogen. Uit volle borst klonk het strijdlied: Ontwaakt, verworpenen der aarde!

Bij vragen over de kaartverkoop kun je contact opnemen via: [email protected] of 0512 33 50 50

Volg De revolutie van de Rinsema's via: